Bedankt Scorpioen, maar het gaat over het volgende:
"Volgens het Hof van Beroep te Luik betreft het een schadevergoeding voor een gebruiksderving die
verschuldigd is door de bewoner aan de mede-eigenaar(s) die het gebruik werd ontzegd."
Bron: Onroerend goed en huwelijksvermogen door N.Vandebeek pagina 306
Kan deze definitie van het Hof van Beroep te Luik worden teruggevonden en gebruikt in de rechtbank?
Waar het mijn inziens alles behalve rechtvaardig is dat;
een partij van de rechtbank verkrijgt om adreswijziging (zelfs voor de kinderen) door te mogen voeren in het kader van een gerechtelijk akkoord, doch de gezinswoning blijft gebruiken, zelfs na het vonnis van echtscheiding.
Om vervolgens op basis van deze (afgedwongen) 'exclusieve' bewoning, een woonvergoeding te eisen vanaf het vonnis van echtscheiding, om vervolgens de procedure van vereffening en verdeling jaren te laten aanslepen.
Betreft dit rechtsmisbruik...?