JuridischForum.be

Hallo,
Mijn vrouw en ik hebben een dochtertje van 2,5j, mijn vrouw wilt graag terug gaan naar haar geboorteland indonesie en ons dochtertje meenemen.
Mijn dochtertje heeft de belgische en australische nationaliteit.
Mijn vrouw heeft de belgische en australische nationaliteit en dus niet de nationaliteit van haar geboorteland indonesie.
Wij willen in ieder geval uit mekaar gaan maar willen beide ons dochtertje.
Wij zijn wettelijk samenwonend en ons dochtertje heeft mijn familienaam.
Wat kan ik doen om haar (ons dochtertje) bij mij te houden.

Dank bij voorbaat voor elke reactie,

Je ex kan niet zomaar je kind meenemen naar het buitenland.
Jullie hebben gezamenlijk ouderlijk gezag en hebben dus allebei evenveel te zeggen ivm huisvesting, school, enz van jullie kindje.
Een goeie raad, wees de eerste die stappen onderneemt, neem je een advocaat en laat dit voorkomen in de rechtbank.
Natuurlijk gaan ze zeggen in de rechtbank dat je ex misschien niet de intentie heeft om te verhuizen maar als ze weg is kan je er niet veel meer aan doen he.
Probeer dus ook iets op papier te hebben, bv een mail tussen jullie beiden waarin ze zegt dat ze wil verhuizen ofzo.
Maar echt, wees de eerste!

“Art.32.Behalve in aangelegenheden waar deze wet anders bepaalt, zijn de Belgische rechters bevoegd om kennis te nemen van de vorderingen betreffende de staat of de bekwaamheid van een persoon, naast de gevallen voorzien in de algemene bepalingen van deze wet, indien :1° die persoon bij de instelling van de vordering zijn gewone verblijfplaats in België heeft; of 2° die persoon bij de instelling van de vordering Belg is. Art.33.De Belgische rechters zijn bevoegd om kennis te nemen van de vorderingen betreffende het ouderlijk gezag of de voogdij...in de gevallen voorzien in de algemene bepalingen van deze wet en in artikel 32...Art.35.§ 1...De uitoefening van het ouderlijk gezag of van de voogdij wordt beheerst door het recht van de Staat op wiens grondgebied het kind zijn gewone verblijfplaats heeft op het tijdstip waarop die uitoefening wordt aangevoerd.”(16 JULI 2004. - Wet houdende het Wetboek van internationaal privaatrecht).

“Art.374. § 1.Wanneer de ouders niet samenleven, blijven zij het ouderlijk gezag gezamenlijk uitoefenen...In elk geval bepaalt de rechter de wijze waarop het kind wordt gehuisvest en de plaats waar het in het bevolkingsregister wordt ingeschreven als hebbende aldaar zijn hoofdverblijf. § 2...Ingeval de rechtbank echter van oordeel is dat de gelijkmatig verdeelde huisvesting, niet de meest passende oplossing is, kan zij evenwel beslissen om een ongelijk verdeeld verblijf vast te leggen. De rechtbank oordeelt in ieder geval bij een met bijzondere redenen omkleed vonnis, en rekening houdend met de concrete omstandigheden van de zaak en het belang van de kinderen en de ouders.”(Burgerlijk Wetboek).

De bevoegde rechter is hier de jeugdrechter van de verblijfplaats van het kind. De zaak wordt ingeleid met een verzoekschrift op tegenspraak. Kopieer daartoe de tekst van art.1034ter Gerechtelijk Wetboek en gebruik deze als invulformulier mits omzetting in briefvorm. U kan hierin uw bewijsstukken inventariseren en toevoegen. Dit kan in principe zonder advocaat. Wacht hiermee niet tot het kind weg is.