#2 , 21 feb 2009 11:00
‘Nu begin dit jaar besluit ik toch de echtscheiding aan te vragen’ houdt in dat vanaf die aanvraag geldt : “Art.1280. De voorzitter van de rechtbank..., rechtsprekend in kort geding, neemt, in iedere stand van het geding,tot de ontbinding van het huwelijk op verzoek van de partijen of van een van de partijen...kennis van de voorlopige maatregelen die betrekking hebben op de persoon, op het levensonderhoud en op de goederen, zowel van de partijen als van de kinderen...”(Ger.W.= Gerechtelijk Wetboek).
‘De vrederechter kan zich nog uitspreken over een vordering gegrond op art.213-224 voor zover het verzoek van de echtgenoot bij hem reeds aanhangig was vóór het inleiden van de echtscheidingsprocedure. Zijn beschikking sorteert effect totdat de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg in kort geding een beschikking geeft‘(Cass. 22 oktober 1981,Pas. 1982,I,272,Arr.Cass. 1981-82,282,R.W. 1982-83,2457,noot,Rev.Trim.Dr.Fam. 1981,398,J.T. 1982,295).
”Art.807.Een vordering die voor de rechter aanhangig is, kan uitgebreid of gewijzigd worden...Art.1320.De vorderingen tot toekenning, verhoging, verlaging of afschaffing van de uitkering tot levensonderhoud kunnen worden ingesteld bij een verzoekschrift, dat de eiser persoonlijk of door zijn advocaat aan de rechter moet aanbieden.”(Ger.W.).
Art.807 Ger.W. biedt u de mogelijkheid door tegenvordering uw nieuwe vorderingen te stellen,bij conclusie.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/