A. Indien beroep aangetekend wordt tegen het vonnis van KG,
heeft dit dan tot gevolg dat de procedure van vereffening en verdeling wordt opgeschort?
De argumenten tot dit beroep vloeien voort uit de vaststellingen tijdens de procedure VV.
B. Binnen welke termijn dient dit beroep te worden aangetekend?
C. Wat moet er verstaan worden onder het betekenen van het vonnis KG (een officiëel schrijven vanwege rechtbank aan veroordeelde)?
D. Vonnis is geveld in afwachting van een vonnis ten gronde door de jeugdrechtbank, echter één van de minderjarige kinderen is intussen al meerderjarig geworden.
Het lijkt dat je aldus wordt gedwongen om beroep aan te tekenen tegen uitspraak KG omdat jeugdrechter niet meer bevoegd is om alsnog wijzigingen op te leggen inzake deze meerderjarige.
Klopt dit en moet er inderdaad, nogmaals worden teruggegaan naar KG?
E. Wordt er met deze dan niet danig met de voeten van de vader gerammeld door KG? Zoja, wat kan je er tegen doen?