Gerechtelijke verdeling vanaf nu binnen strikt tijdschema
19/09/2011
Gerechtelijke verdeling
Mede-eigenaars (bv. echtgenoten of erfgenamen) die het onderling niet eens raken over de verdeling van hun eigendom, kunnen naar de rechter stappen voor een gerechtelijke verdeling. De rechter beveelt de verdeling en duidt een notaris-vereffenaar aan die instaat voor de verdere afhandeling van de zaak. De procedure wordt nu flink aangepast. Hoofdbedoeling is om de vereffening-verdeling een pak sneller te laten verlopen.
Meerdere onverdeeldheden
De vordering voor een vereffening van een onverdeeldheid kan zich voortaan van rechtswege uitstrekken tot een andere onverdeeldheid, die niet in de vordering is opgenomen. Dit wanneer de vereffening van die andere onverdeeldheid eerst nodig is om de gevraagde onverdeeldheid mogelijk te maken. Het kan enkel en alleen wanneer bij die andere onverdeeldheid geen derden zijn betrokken. Een tweede keer naar de rechtbank stappen, hoeft op die manier niet meer.
Met die regel vermijdt men dat verschillende naast elkaar bestaande onverdeeldheden de vereffening van de gevraagde onverdeeldheid verhinderen of vertragen. Een voorbeeld waarin die nieuwe regel kan toegepast worden is bv. wanneer voor de vereffening van een nalatenschap eerst het huwelijksvermogensstelsel van de echtgenoten vereffend en verdeeld moet worden.
Afzonderlijke verdeling
De rechtbank kan beslissen om in het buitenland gelegen goederen via een afzonderlijke verdeling te regelen. Op die manier moeten de onverdeeldheden sneller kunnen afgehandeld worden. Een partij kan dit vragen, maar ook, in de loop van de notariële procedure, de notaris-vereffenaar. Een partij kan in beroep gaan tegen de beslissing van de rechtbank.
Akkoorden
Ook in de gerechtelijke verdeling worden akkoorden tussen partijen heel belangrijk. Tot nu waren die niet bindend of deden ze de partijen uit de gerechtelijke verdeling stappen. Dat verandert nu. Zowel in de gerechtelijke fase als in de notariële fase. Rechtbank en notaris-vereffenaar kunnen vaststellen dat partijen een akkoord hebben bereikt. De gevolgen die daaraan zijn verbonden, zijn groot.
Akkoorden die de rechtbank vaststelt, krijgen dezelfde waarde als een vonnis. Indien ze betrekking hebben op de gehele of gedeeltelijke verkoop van goederen, machtigen ze de notaris-vereffenaar om tot die verkoop over te gaan.
In elke stap van de notariële fase kan de notaris-vereffenaar, op vraag van de partijen, een pv maken over het bereikte (algemeen of gedeeltelijk) akkoord over de vereffening of verdeling. Het bindt hen definitief en laat de notaris-vereffenaar, bij een akkoord over een verkoop, toe om te verkopen, zonder op de afloop van de procedure van gerechtelijke vereffening-verdeling te moeten wachten.
Geschillen
De rechtbank beslist over alle geschillen die tussen de partijen ontstaan. De notaris kan die in elke fase van de rechtspleging bij de rechtbank aanhangig maken. Hij neemt ze op in een tussentijds proces-verbaal.
Een of twee notarissen-vereffenaars
De rechtbank duidt in principe één notaris-vereffenaar aan. Partijen kiezen die zelf. Als beide partijen het daarover eens zijn en dit met een met redenen omkleed verzoek vragen, kan de rechtbank ook een tweede, door de partijen gekozen, notaris aanwijzen.
Raken partijen het niet eens over de notaris-vereffenaar, dan kies de rechtbank er zelf een. Ze doet dat ook wanneer partijen twee notarissen-vereffenaars vragen, maar dat niet gerechtvaardigd is. Bijvoorbeeld bij een juridisch eenvoudige vereffening-verdeling, of wanneer de gekozen notarissen ver uit elkaar wonen.
In de vroegere regeling werd er ook een derde notaris-vereffenaar aangewezen om de niet-verschijnende of weigerachtige partijen te vertegenwoordigen. Dit kan niet meer.
Als een notaris in het kader van de verdeling moet optreden buiten zijn ambtsgebied (bv. bij een boedelbeschrijving of bij een openbare verkoop van onroerende goederen), dan wijst hijzelf een territoriaal bevoegde notaris aan. De rechtbank komt niet meer tussen.
Vervanging notaris-vereffenaar
Er komt een wettelijke regeling voor de vervanging van de notaris-vereffenaar.
De rechtbank vervangt zelf de notaris-vereffenaar in drie gevallen:
bij weigering;
bij verhindering;
bij twijfels over zijn onafhankelijkheid of onpartijdigheid.
De notaris-vereffenaar van wie de partijen samen de aanstelling hebben gevraagd, kan op vraag van een partij vervangen worden, maar dan alleen om redenen die zijn ontstaan of vastgesteld na de aanstelling.
Na opening van de notariële werkzaamheden kan de vervanging trouwens niet meer gevraagd worden, tenzij een partij pas nadien kennis kreeg van de aangevoerde reden.
De partijen of de notaris kunnen de vervanging heel eenvoudig vragen aan de rechtbank die de notaris heeft aangesteld. Een gewoon schriftelijk verzoek met de redenen voor de vervanging volstaat. Partijen en notaris krijgen met een gerechtsbrief kennis van dit verzoek. De notaris kan zijn opmerkingen geven. Gaat de rechtbank in op het verzoek dan stelt ze ambtshalve een nieuwe notaris-vereffenaar aan. Ze kan die zelf aanwijzen of stelt de notaris aan waarover de partijen het eens zijn. Tegen die vervangingsbeslissing is geen rechtsmiddel mogelijk.
Beheerder
De rechtbank kan, net als vroeger, een beheerder voor de onverdeelde boedel aanwijzen, maar dat hoeft niet langer een notaris te zijn. De beheerder verricht daden van beheer, en kan de massa van mede-eigenaars in rechte vertegenwoordigen.
De beheerder wordt aangewezen op vraag van een van de partijen of op vraag van de notaris-vereffenaar. De beheerder kan zich nu ook trouwens laten bijstaan. Hij blijft wel verantwoordelijk.
Deskundigenonderzoek
Voortaan kan de notaris-vereffenaar de deskundige een bijkomende opdracht geven, zonder daarvoor naar de rechtbank te gaan. Alle partijen moeten het daar dan wel mee eens zijn. Anders moet de rechtbank toch ingeschakeld worden.
Zijn alle partijen akkoord, dan kan de notaris, zonder hulp van de rechtbank, ook de opdracht van de deskundige wijzigen of hem vragen om een eerdere schatting te actualiseren.
Als er nog geen deskundige is aangesteld, kunnen de partijen of de notaris in de loop van de procedure altijd vragen aan de rechtbank om er een aan te stellen. Een gewoon schriftelijk verzoek volstaat.
Boedelbeschrijving
In principe zorgt de notaris-vereffenaar voor een boedelbeschrijving van de onverdeelde boedel. Maar als alle partijen het eens zijn over de goederen van de te verdelen boedel, kunnen ze daar van afzien. Alle partijen moeten wel bekwaam zijn. Verzaken aan de boedelbeschrijving kan tot de sluiting van het pv van de opening van de notariële werkzaamheden. De notaris maakt hierover een pv op.
Afwezigheid partij
De afwezigheid van een partij kan in geen geval de voortzetting van de werkzaamheden verhinderen. Uiteraard moeten de oproepingen wel geldig zijn gebeurd.
De notaris-vereffenaar stelt gewoon vast dat een partij niet aanwezig is of weigert te tekenen. Tot nu gebeurden de werkzaamheden in zo n geval onder het toezicht van de notaris die als vertegenwoordiger optreedt van wie afwezig of onwillig is. Maar die is er niet meer.
Schatting
De notaris kan op vraag van de partijen zelf de te verdelen goederen schatten.
Tijdpad
De wetgever giet de notariële procedure in een strak tijdschema.
Opening werkzaamheden
De eerste zitting van de opening van de werkzaamheden heeft in principe plaats uiterlijk twee maanden na het verzoek van de meest gerede partij. Als het pv van de opening dan niet kan worden afgerond, dan vindt de volgende zitting plaats binnen twee maanden na de vorige zitting.
De partijen krijgen een afschrift van het pv, via gerechtsdeurwaardersexploot, aangetekende brief of afgifte tegen ontvangstbewijs. Hun raadslieden worden ingelicht bij gewone brief, fax en e-mail.
Tussentijds proces-verbaal
Na de opening van de werkzaamheden maakt de notaris een tussentijds proces-verbaal met daarin alle essentiële geschillen en moeilijkheden die een staat van vereffening beletten. Een afschrift van dat pv gaat naar de partijen en hun raadslieden binnen twee maanden na de vaststelling van die geschillen. Partijen hebben dan een maand om hun standpunt bekend te maken. Een maand later moeten alle elementen bij de griffie neergelegd worden. En die zal de partijen dan bij gerechtsbrief oproepen voor een zitting. Hun standpunten worden als conclusie beschouwd.
Tijdpad voor verdere procedure
Bij de opening van de werkzaamheden probeert de notaris met de partijen een tijdschema voor het verdere verloop van de gerechtelijke verdeling af te spreken. Het wordt opgenomen in het pv van opening, of voor de termijnen die in de loop van de procedure worden afgesproken, in een later pv.
Komt er geen akkoord, dan moet het wettelijke tijdschema gevolgd worden (wettelijke instaatstelling). Er wordt vooral gewerkt met termijnen van twee maanden.
Voor de mededeling van aanspraken en stukken aan de notaris krijgen de partijen tot twee maanden na afsluiting van de boedelbeschrijving (afwijking bij deskundigenonderzoek). De notaris krijgt na afloop van die termijn op zijn beurt ook twee maanden om aan de partijen een overzicht te bezorgen van alle ontvangen aanspraken. Partijen krijgen dan opnieuw twee maanden om hun opmerkingen over de aanspraken van de anderen aan de notaris en de andere partijen te bezorgen.
Vier maanden later moet de notaris in een staat van vereffening het ontwerp van verdeling opmaken. Die termijn kan ook op een ander moment beginnen lopen, afhankelijk van de concrete situatie (bv. wanneer de rechter eerst geschillen moet beslechten, of er nieuwe feiten zijn).
De rechter kan trouwens op vraag van de partijen of de notaris, de wettelijke termijnen inkorten.
Sancties bij niet naleven termijnen
De notaris houdt geen rekening met aanspraken, opmerkingen of stukken die na de afgesproken of opgelegde termijnen zijn aangebracht. Bij ontdekking van nieuwe feiten of stukken, of met akkoord van alle partijen, kan hiervan afgeweken worden.
Als de notaris zijn termijnen niet naleeft, kan elke partij aan de rechtbank vragen om de notaris en de partijen op te roepen. Die worden hierover met een gerechtsbrief ingelicht. De notaris kan binnen vijftien dagen zijn opmerkingen aan de rechtbank en de partijen bezorgen. Daarna wordt iedereen opgeroepen voor een zitting in raadkamer. De rechter zal daar, na overleg met de notaris, een verder tijdschema afspreken. Hij beslist ook of de notaris al dan niet moet vervangen worden. Vervanging kan niet als alle partijen dit niet willen.
Vervangt de rechter de notaris dan licht de griffie meteen ook de kamer van notarissen in. Die kan de notaris dan eventueel een tuchtstraf opleggen.
Stuiting termijnen
De termijnen kunnen, met akkoord van alle partijen, gestuit worden (bv. om iets te bespreken). De partijen brengen de notaris hiervan schriftelijk op de hoogte. Van zodra de reden van de stuiting verdwijnt, licht de meest gerede partij de notaris en de andere partijen hierover in. De dag nadien begint er dan een nieuwe termijn te lopen, tenzij er een ander akkoord is tussen partijen.
Verkoop
Wanneer de verdeling in natura niet mogelijk is (krachtens het akkoord van de partijen, of het advies van de notaris-vereffenaar eventueel gebaseerd op het deskundigenverslag) stelt de notaris-vereffenaar voortaan onmiddellijk de verkoopvoorwaarden op van de openbare verkoping van die goederen. Tenzij de partijen kiezen voor een verkoop uit de hand. De rechtbank moet, anders dan vroeger, hier niet meer tussenkomen. De partijen krijgen wel nog een maand om hun bezwaren over het principe van de verkoop en over de inhoud van de verkoopsvoorwaarden aan de notaris te bezorgen. Hij maakt dan een tussentijds proces-verbaal op. De rechtbank beslist dan of de verdeling in natura wel of niet mogelijk is.
Hoger beroep
Een hoger beroep tegen een vonnis dat is gewezen vóór de opening van de notariële werkzaamheden (bv. het vonnis dat de verdeling beveelt en de notaris-vereffenaar aanstelt), heeft geen devolutieve werking meer. De zaak wordt dus, eens het hoger beroep is beslecht, opnieuw naar de eerste rechter verwezen. Op die manier wil men de dubbele aanleg voor de volledige vereffening garanderen.
Inwerkingtreding
De nieuwe wet treedt in werking op 1 april 2012. Zaken waarin de vordering tot verdeling hangende is en die op dat moment in beraad zijn, blijven vallen onder de oude regels.
Wet van 13 augustus 2011houdende hervorming van de procedure van gerechtelijke vereffening-verdeling, BS 14 september 2011