De vereffening/verdeling is nog niet uitgevoerd.
De woning is dus voor 1/2 eigendom van beide partners.
Partner A bezet en bewoont de woning, heeft daar domicilie.
Partner B woont elders.
Alle genot van de woning zit bij partner A, partner B heeft niets.
De fiscus oordeelt evenwel anders en belast zowel partner A en B voor de helft.
In het verleden werd alleen partner A belast.Elke eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker van een onroerend goed wordt verondersteld onroerende inkomsten te verkrijgen, zelfs voor de eigen woning die hij zelf bewoont (we spreken dan van een "fictief" inkomen).
Op eenvoudig verzoek van A heeft de administratie beslist dat de belasting gesplitst wordt.
Partner B voert aan dat er geen inkomsten of genot is en dat er geen grond is voor belasting.
Partner B legt bezwaarschrift neer maar de argumenten van B, gebaseerd van het ontbreken van inkomsten of genot, wordt weggewimpeld met de uitleg dat de wet zegt dat de eigenaar, vruchtgebruiker, ... belastingplichtige is en dat B wel degelijk de helft van de onroerende voorheffing moet betalen en ook de helft moet aangeven in zijn belastingaangifte. B heeft ook geen enkel mogelijkheid van beschikking over het goed, kan dus aan de situatie niets veranderen. Daarentegen kan A, de belasting gevoelig verminderd zien vanwege de vrijstelling voor eigen bewoning. Diegene die alle voordelen heeft wordt bevoordeeld, die welke geen enkel voordeel heeft wordt dan nog eens benadeeld.
Zijn er precedenten, rechtspraak of adviezen in deze zaak?
Partner B wil de zaak naar de fiscale kamer van de rechtbank van eerste aanleg brengen, terecht of niet?
Bedankt