BTW

BTW

kev001
Topic Starter
Berichten: 3
Juridisch actief: Nee

BTW

#1 , 27 jan 2017 12:16

Beste,

Volgend probleem doet zich voor:

1) We zijn een BE vennootschap, we kopen goederen aan in Duitsland, die rechtstreeks in Duitsland worden verkocht (goederen verlaten het land dus niet). Hoe moeten wij onze factuur opstellen? met BTW of zonder BTW aan onze Duitse klant?

2) goederen vertrekken uit BE naar DE (btw Intracom) klopt dit?

3) Goederen komen uit Denemarken en gaan rechtstreeks naar Duitsland. Denemarken factureert aan België, wij factureren aan Duitsland

Hoe moeten we voor deze de btw correct aanrekenen? Iemand een idee wie we kunnen contacteren zodat we 100% juist bezig zijn met onze facturatie?

bedankt voor de info

kevin

Jureca
Juridisch actief: Ja
Regio: België

Een juridische oplossing. Voor elk probleem, voor iedereen!

Benieuwd naar jouw juridische opties? Jureca begeleidt jou aan de geschikte oplossing. Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding
LeenW
Berichten: 12837

#2 , 27 jan 2017 12:59

Lees de circulaire rond driehoeksverkeer eens, daar staat alles in:

http://ccff02.minfin.fgov.be/KMWeb/docu ... aef628/102

AME
Berichten: 88
Juridisch actief: Nee

#3 , 27 jan 2017 17:12

Intracommunautaire leveringen zijn een complex probleem waarbij zelfs tussen de administraties van de verschillende landen meningsverschillen zijn.
Zo heb ik het voorbeeld van een Belgische vennootschap die goederen aankoopt in Belgie en verkoopt aan een btw-plichtige vennootschap in Frankrijk.
De Belgische administratie heeft op basis van wie instaat voor het vervoer geoordeeld dat dit een intracommunautaire levering is.
Volgens de Franse administratie dienen, aangezien de zaakvoerder en enige aandeelhouder een Fransman is, deze leveringen met Franse btw te gebeuren.
Dit voorbeeld maar om de complexiteit van uw probleemstelling aan te tonen.
Voor punt 1 is er veel kans dat U zich in Duitsland dient te registreren als btw-plichtige.

Hoe zekerheid bekomen.

De punten 1 tot 3, zowel aan de Belgische administratie als aan de Duitse administratie voorleggen.
Hierbij voornamelijk aandacht geven aan volgende punten:
- Hoe verloopt de facturatie.
- Hoe verloopt het vervoer.
- Wie is de opdrachtgever van het vervoer.

U kunt ook met het btwhuis contact opnemen. Dit zal echter niet gratis zijn.

Reclame

LeenW
Berichten: 12837

#4 , 27 jan 2017 18:09

Even serieus blijven he, dit zijn basisvragen.

Wie het vervoer doet, heeft geen belang bij intracommunautair verkeer, dit maakt enkel een verschil voor het tijdstip van opeisbaarheid. Maar als zowel de goederenstroom als de facturatiestroom B2B België=>Frankrijk is, kan er geen twijfel zijn dat hier Franse btw verschuldigd is.

AME
Berichten: 88
Juridisch actief: Nee

#5 , 28 jan 2017 12:56

Leenw met alle respect maar ik ben serieus in deze materie.

De situatie waarnaar ik verwees is een onecht intracommunautair driehoeksverkeer.

Het wordt mooi uitgelegd in de administratieve commentaar waarnaar U TS verwees onder punt 7.3.

Wij hebben B gewezen op het enorme belang van wie het verantwoordelijk is voor het vervoer.

Was het vervoer in de relatie A-C dan zou B alhoewel gevestigd in Belgie een intracommunautaire verwerving in Frankrijk gedaan hebben en diende de levering van B naar C met Franse btw plaats te vinden.

Onterecht ging de Franse administratie ervan uit dat dit het geval was en vorderde honderduizenden euro's aan achterstallige btw.

Door het voorleggen van contracten tussen A en B waaruit bleek dat alhoewel A het vervoer naar C deed konden we bewijzen dat B de werkelijke opdrachtgever was van het transport, waardoor we ons in de situatie "Het vervoer vindt plaats in relatie B-C" bevonden.

Dit ging echter niet zonder slag of stoot. Wij hebben een controle door de Belgische btw-administratie aangevraagd, waarna zij aan hun Franse collega's geattesteerd hebben dat we ons in de situatie " Vervoer vindt plaats inde relatie A-B" bevonden.

Gelet op de complexiteit en de grote financiële gevolgen kan ik TS alleen maar aanraden zijn goederenstroom, verantwoordelijken voor het vervoer, en de facturatiestroom goed te analyseren.

Een voorafgaandelijke toetsing bij de Belgische en Duitse administratie kan hem een hoop kosten en kopzorgen besparen.

Uittreksel uit de handleiding btw.
7.3. Het "onecht" intracommunautair driehoeksverkeer
    152. Sommige handelingen worden beschouwd als "driehoeksverkeer" omdat er drie operatoren aan deelnemen. Daar er echter slechts twee verschillende Lidstaten bij betrokken zijn, kan het stelsel zoals uiteengezet in de nrs. 140 tot 151, er niet op van toepassing zijn.
    Twee situaties kunnen zich voordoen :
het "driehoeksverkeer" heeft plaats tussen slechts twee Lidstaten;
het "tussenliggende" land is geen Lidstaat van de Gemeenschap.
7.3.1. Driehoeksverkeer tussen twee Lidstaten
7.3.1.1. De goederen worden naar een andere Lidstaat verzonden
    Situatie 1 : België is de Lidstaat van vertrek
     Uiteenzetting
    153. A, een belastingplichtige, gevestigd en voor BTW- doeleinden geïdentificeerd in België, verkoopt goederen aan B, eveneens een belastingplichtige gevestigd en voor BTW- doeleinden geïdentificeerd in België. B verkoopt de goederen aan C, belastingplichtige (of niet- belastingplichtige rechtspersoon) gevestigd en voor BTW-doeleinden geïdentificeerd in Frankrijk. De goederen worden rechtstreeks verzonden of vervoerd vanuit de opslagplaats van A naar C in Frankrijk.
     Schema
 
BELGIE
FRANKRIJK
 
A
B
 
C
 
 
 
Facturering
|----------->
|--------------------------------------->
 
 
 
Vervoer
|------------------------------------------------------->
 
 
 
     Fiscale behandeling
    154. De leveringen A-B en B-C worden inzake BTW behandeld overeenkomstig de beginselen van de overgangsregeling.
    De wijze waarop een dergelijke ABC-transactie wordt behandeld hangt af van de levering (A-B of B-C) waaraan het vervoer van de goederen van A naar C verbonden is.
     Het vervoer vindt plaats in de relatie A-B
    155. A verricht een levering met vervoer die, wanneer het goed vervoerd of verzonden wordt door de leverancier, de verkrijger of voor hun rekening, overeenkomstig artikel 15, § 2, tweede lid, 1°, W.BTW, (artikel 8, paragraaf 1, a) van de Zesde BTW-Richtlijn) geacht wordt plaats te vinden daar waar dit vervoer of deze verzending naar de verkrijger aanvangt, hetzij in België.

  B daarentegen verricht een intracommunautaire verwerving in Frankrijk gevolgd door een levering zonder vervoer die, overeenkomstig artikel 8, paragraaf 1, b) van de Zesde BTW-Richtlijn (cfr. W.BTW, art. 15, § 2, eerste lid), geacht wordt plaats te vinden daar waar het goed ter beschikking gesteld wordt van de overnemer, hetzij in Frankrijk. De intracommunautaire verwerving en de levering aan C moeten onderworpen worden aan de Franse BTW. Gezien B in Frankrijk een belastbare intracommunautaire verwerving verricht van goederen, dient B zich voor BTW-doeleinden te laten identificeren in Frankrijk.
    De levering van A aan B is een intracommunautaire levering die, in principe, van de BTW vrijgesteld zou kunnen worden overeenkomstig artikel 39bis, W.BTW. Evenwel is aan één van de essentiële voorwaarden voor de vrijstelling waarin artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 52 voorziet (identificatie van de koper B in een andere Lidstaat) niet voldaan. Bijgevolg moet A die een belastbare levering verricht in België de Belgische BTW in rekening brengen op zijn factuur.
    Er wordt opgemerkt dat de BTW die A in rekening brengt van B niet aftrekbaar is in hoofde van B. Het is immers B zelf die, ten gevolge van zijn niet-identificatie in een andere Lidstaat, er verantwoordelijk voor is dat de vrijstelling niet toegepast kan worden. De enige mogelijkheid om deze levering te detaxeren is niet via de aftrek maar via de teruggave van de belasting aan de verkoper A op grond van artikel 77, § 1, 1°, W.BTW, van zodra B zijn BTW-identificatienummer in Frankrijk kan meedelen.
     Het vervoer vindt plaats in de relatie B-C
    156. A verricht een levering zonder vervoer die, overeenkomstig artikel 15, § 2, eerste lid, W.BTW, (cfr. Zesde BTW-Richtlijn, art. 8, paragraaf 1, b), plaatsvindt daar waar het goed ter beschikking gesteld wordt van de afnemer, hetzij in België. De levering moet onderworpen worden aan de Belgische BTW.
    B, daarentegen, verricht een levering met vervoer die, overeenkomstig artikel 15, § 2, tweede lid, 1° W.BTW, geacht wordt plaats te vinden daar waar het vervoer of de verzending naar de verkrijger aanvangt, hetzij in België. Deze levering is vrijgesteld van BTW op basis van artikel 39bis, W.BTW, aangezien het om een intracommunautaire levering gaat ter bestemming van C, belastingplichtige of niet-belastingplichtige rechtspersoon die ertoe gehouden is zijn intracommunautaire verwerving in Frankrijk aan de belasting te onderwerpen.

LeenW
Berichten: 12837

#6 , 28 jan 2017 13:10

Excuses dan, uit uw vorige post was niet meteen duidelijk dat er nog een derde partij in het spel was.

Terug naar “Belastingen, BTW & Accijnzen”