RV op spaartegoeden bij niet-Belgische banken

gebruiker
Topic Starter
Berichten: 713
Locatie: Aalst

RV op spaartegoeden bij niet-Belgische banken

#1 , 22 feb 2013 16:57

Gaat er eindelijk een beslissing komen inzake het verschil in de fiscale behandeling van opbrengsten van spaartegoeden, volgens het feit dat een belgische bank deze toekent (vrijstelling 1.830 euro) en een niet-belgische bank (was toen nog 15% RV).

Hoe kan dit geen schending uitmaken?

http://www.const-court.be/public/n/2013/2013-018n.pdf" onclick="window.open(this.href);return false;
Moeten de artikelen 56 en 63 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de artikelen 36 en 41 van de
Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte in die zin worden geïnterpreteerd dat zij een lidstaat niet toelaten een regeling in te voeren en te handhaven volgens welke door niet -ingezeten banken uitbetaalde interesten hoger worden belast doord
at een belastingvrijstelling of een lager belastingtarief uitsluitend voor door Belgische banken uitbetaalde interesten wordt toegepast?
A.10.1. Het middel is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 172 van de Grondwet, alsook van de artikelen
56 en 63 van het VWEU, in zoverre de artikelen 171, 3°, 174/1, § 1, vierde lid, en 269, eerste lid, 50°, van het WIB
1992, respectievelijk gewijzigd, ingevoegd en gewijzigd bij de artikelen 27, 28 en 29 van de
bestreden wet, het voorrecht versterken dat is toegekend aan de belangen van de spaardeposito’s bij alleen de
Belgische banken, door het niet-vrijgestelde deel (boven de 1 830 euro in 2011) verder te belasten tegen het tarief van 15
pct. en het aldus te doen ontsnappen aan de nieuwe maatregelen waarin de bestreden wet voorziet.
De vroegere situatie wordt aldus verergerd, terwijl de Europese Commissie een procedure wegens niet-nakoming
heeft ingesteld tegen het voorrecht dat de aan die interesten toegekende vrijstelling alleen voor de Belgische
banken vormt.
A.10.2.De Ministerraad herinnert eraan dat de verzoeker de schending aanvoert van internationaalrechtelijke bepalingen ten aanzien waarvan het Hof niet bevoegd is. Hij voert aan dat de vrijstelling van de eerste schijf van interesten van de spaardeposito’s geopend bij alleen de Belgische banken niet in strijd is met de artikelen 56 en 63 van het VWEU, vermits het Hof van Justitie van de Europese Unie (
HJEU )
het geschil tussen België en de Europese Commissie nog niet heeft beslecht. Daar er geen schending is, zou die schending
niet kunnen worden verergerd en zou er ook geen schending kunnen zijn van de artikelen 10 en 172 van de Grondwet, noch een verergering van de discriminatie.
Al wat nodig is om het kwaad te laten triomferen, is dat goede mensen niets doen (Edmund Burke)

Winston
Juridisch actief: Ja
Regio: België

Een juridische oplossing. Voor elk probleem, voor iedereen!

Benieuwd naar jouw juridische opties? Winston begeleidt jou aan de geschikte oplossing. Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding
gebruiker
Topic Starter
Berichten: 713
Locatie: Aalst

#2 , 25 feb 2013 12:23

Er is reeds in 2010 een procedure gestart :

Beroep ingesteld op 30 juli 2010 — Europese Commissie/Koninkrijk België
(Zaak C-383/10)
(2010/C 274/20)
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: R. Lyal en F. Dintilhac, gemachtigden)
Verwerende partij: Koninkrijk België
Conclusies
— vaststellen dat het Koninkrijk België, door een regeling in te voeren en te handhaven volgens welke door niet-ingezeten
banken uitbetaalde rente op discriminatoire wijze wordt be­last doordat een belastingvrijstelling uitsluitend voor door
Belgische banken uitbetaalde rente wordt toegepast, de ver­plichtingen niet is nagekomen die op hem rusten krachtens
de artikelen 56 en 63 van het Verdrag betreffende de wer­king van de Europese Unie (voorheen de artikelen 49 EG
respectievelijk 56 EG) en de artikelen 36 en 40 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte;
— het Koninkrijk België verwijzen in de kosten.
Middelen en voornaamste argumenten
De Commissie stelt de betrokken nationale bepalingen aan de kaak voor zover deze bepalingen tot gevolg hebben dat Belgi­
sche ingezetenen worden ontmoedigd om een beroep te doen op de diensten van in andere lidstaten van de Unie gevestigde
banken, doordat de door deze banken uitbetaalde rente niet in aanmerking kan komen voor de belastingvrijstelling die uitslui­
tend voor door Belgische banken uitbetaalde rente geldt.
Vooraf wijst de Commissie verweersters betoog van de hand dat de directe belastingen een uitsluitende bevoegdheid van de lid­
staten
vormen. De Commissie stelt dat dit gebied impliciet doch noodzakelijk is begrepen in de bevoegdheid inzake de interne
markt en dus een tussen de Unie en de lidstaten gedeelde bevoegdheid vormt.

Op de door de Belgische autoriteiten aangevoerde bezwaren antwoordt de Commissie ten eerste dat het feit dat de financiële
sector hierover geen klacht heeft ingediend, niet relevant is aangezien het beroep tot vaststelling van een niet-nakoming
objectief is en dus niet kan afhangen van de voorwaarde dat een klacht is ingediend. Ten tweede en ten derde komt de
Commissie op tegen het argument dat voornoemde maatregelen worden gerechtvaardigd door de dwingende reden van algemeen
belang om de doeltreffendheid van fiscale controles te verzeke­ren, en tegen de stelling dat de betrokken wettelijke regeling een
sociaalpolitieke maatregel is ter bescherming van het algemeen belang. Ten vierde stemt verzoekster niet in met de rechtvaar­
digingsgrond die de Belgische autoriteiten aanvoeren in verband met de verminderde doelmatigheid van de uitbreiding van deze
vrijstelling. Zij stelt dat de categorie van belastingplichtigen tot wie deze maatregel is gericht, ook interesse kan tonen voor de
diensten van in andere lidstaten gevestigde banken. Ten vijfde vecht de Commissie verweersters argument aan in verband met
de binnen de Unie bestaande dispariteiten op het gebied van de bescherming van de consument ingeval een bank failliet gaat.
Zij herinnert eraan dat deze aangelegenheid binnen de Europese Unie geharmoniseerd is. Ten slotte betoogt de Commissie dat
het feit dat in België drie officiële talen bestaan (Nederlands, Frans en Duits) en dat de aangevoerde bezwaren in verband
met het gevaar voor een ontoereikende voorlichting doordat een buiten België gevestigde bank een taal gebruikt die niet in
België wordt gesproken, niet gerechtvaardigd zijn.

Terwijl deze senaat toch duidelijk zelf voorziet dat dit een schending is van het gemeenschapsrecht?
Er kan weinig twijfel over bestaan dat een regeling als de voorgestelde, die in een voordeliger fiscale behandeling voorziet
van belastingplichtigen naar Belgisch recht die Belgisch overheidspapier aanhouden — en dus belastingplichtigen ontmoedigen
om in overheidspapier van andere lidstaten te beleggen — een beperking vormt van het vrije verkeer van kapitaal.

http://www.senate.be/www/webdriver?MIta ... j=83887646" onclick="window.open(this.href);return false;
Nog maar eens 100 miljoen euro die we allen mogen extra ophoesten, nog maar eens ten gevolge van het handelen van de regering:
Voorlopig is het te vroeg om te weten of België de pil nog in 2012 of pas in 2013 zal moeten slikken.
http://www.demorgen.be/dm/nl/5036/Wetst ... erug.dhtml" onclick="window.open(this.href);return false;
Al wat nodig is om het kwaad te laten triomferen, is dat goede mensen niets doen (Edmund Burke)

Reclame

Terug naar “Belastingen, BTW & Accijnzen”