#4 , 14 jul 2012 09:19
“Art.88.Wanneer een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd en de beroepsinkomsten van één echtgenoot minder bedragen dan 30 pct van het totale bedrag van de beroepsinkomsten van beide echtgenoten, wordt hem van de beroepsinkomsten van de andere echtgenoot een zodanig deel toegerekend dat de som van zijn eigen beroepsinkomsten en het toegerekend deel 30 pct van dat totale bedrag bereikt, doch niet hoger is dan 9.470 EUR (basisbedrag 6.700 EUR).Deze bepaling wordt niet toegepast wanneer daardoor de aanslag wordt verhoogd. Art.136.Als ten laste van de belastingplichtigen worden aangemerkt, mits zij deel uitmaken van hun gezin op 1 januari van het aanslagjaar en zij persoonlijk in het belastbare tijdperk geen bestaansmiddelen hebben gehad die meer dan 2.890 EUR (basisbedrag 1.800 EUR) netto bedragen:1° hun kinderen;2° hun ascendenten;3° hun zijverwanten tot en met de tweede graad;4° personen van wie de belastingplichtige als kind volledig of hoofdzakelijk ten laste is geweest.”(10 april 1992 Wetboek Inkomstenbelastingen).
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/