Hallo iedereen.
Ik heb de firma die jaarlijks mijn airco komt onderhouden gevraagd naar de opzegvoorwaarden en kreeg als antwoord dat er een boeteclausule is van 30 % van de kost van de nog resterende jaren. En een opzegtermijn van 3 maanden. Daarop heb ik gevraagd waarom het contract niet valt onder “art. VI.91 WER van boek VI van het Wetboek van economisch recht” (dus geen vergoeding en max. 2 maanden). Sindsdien heb ik (op een ontvangstbevestiging na) al twee weken geen reactie meer gekregen.
Mijn vraag is: Valt dit effectief onder art VI.91 en mag ik kosteloos opzeggen; of mogen ze wel degelijk die vergoeding eisen?
Indien dat artikel van toepassing is, wat doe ik dan als ze toch een factuur en aanmaningen zouden sturen?
Dank bij voorbaat voor de reacties.
En als je niet kon helpen, wens ik u toch nog een prettige dag...
———
Extra details:
1) Ik ben particulier.
2) De firma, ik, en de airco bevinden zich in België. Volgens het contract zijn de Rechtbanken van Antwerpen bevoegd.
3) Het oorspronkelijk contract liep van 1/1/2005 tot 1/1/2010. In dat contract staat stilzwijgende verlenging voor opnieuw 5 jaar. Dat is gebeurd, dus 2010 t.e.m 2014. En daarna nog eens, dus 2015 t.e.m. 2019.
4) Op de laatste factuur staat voor onbekende reden plots “Contractseinde 31/12/2020”. (Op de vorige facturen staat geen contracteinde.)
5) De firma waarbij ik oorspronkelijk tekende is in 2012 failliet gegaan en overgenomen door de firma waarbij ik nu zit. Ze hebben de lopende contracten overgenomen.