Pagina 1 van 1

Geld van ex

Geplaatst: 24 mei 2020 02:23
door Jimmy p
Ik heb 10jaar geleden geld mijn ex geleend en een abonnement van gsm op mijn naam moeten betalen maar ze heeft er nooit iets van terug gegoven ik heb er niks van op papier maar nu heeft zei wel via messenger toegegeven da ze mij da geld verschuldigd is en gezegt da ze het zou terug betalen kan ik daar iets me doen zo ja bij wie moet ik dan zijn

Mvg jimmy

Re: Geld van ex

Geplaatst: 24 mei 2020 09:36
door cesto
Wat wil jij eraan doen? Het is aan haar om je dat geld terug te betalen.

Re: Geld van ex

Geplaatst: 24 mei 2020 11:51
door Jimmy p
Beste

Da ist hem juist zei doet da niet daarom da ik vraag kan ik iets van stappen ondernemen tegen haar

Re: Geld van ex

Geplaatst: 24 mei 2020 12:24
door Sirkii
Waren jullie getrouwd of samenwonend (feitelijk of wettelijk) ?

Als koppel is het niet ongebruikelijk dat de een aan de ander cadeautjes geeft zoals een gsm abonnement.

Als er geen bewijsbare overeenkomst tot terugbetaling is dan wordt het niets.

Re: Geld van ex

Geplaatst: 24 mei 2020 12:27
door jef007
gebruik toch punten en komma's!!

Re: Geld van ex

Geplaatst: 24 mei 2020 12:33
door de reden
Ik heb 10jaar geleden geld mijn ex geleend
bw van 21 maart 1804
Art. 2262bis. § 1. Alle persoonlijke rechtsvorderingen verjaren door verloop van tien jaar.

Re: Geld van ex

Geplaatst: 06 jun 2020 14:39
door Franciscus
Om het duidelijk te maken voor TS en wanneer was 10 jaar geleden en was nu per messenger ..kan mogelijk een 'begin' van bewijs zijn. Totaliteit van bedrag???
BW wil zeggen burgerlijk wetboek :
Art. 2262bis. <Ingevoegd bij W 1998-06-10/39, art. 5; Inwerkingtreding : 27-07-1998> § 1. Alle persoonlijke rechtsvorderingen verjaren door verloop van tien jaar.
In afwijking van het eerste lid verjaren alle rechtsvorderingen tot vergoeding van schade op grond van buitencontractuele aansprakelijkheid door verloop van vijf jaar vanaf de dag volgend op die waarop de benadeelde kennis heeft gekregen van de schade of van de verzwaring ervan en van de identiteit van de daarvoor aansprakelijke persoon.
De in het tweede lid vermelde vorderingen verjaren in ieder geval door verloop van twintig jaar vanaf de dag volgend op die waarop het feit waardoor de schade is veroorzaakt, zich heeft voorgedaan.

En niet vergeten hij die beweert moet dat ook bewijzen 1315 BW moet hij die de uitvoering van een verbintenis vordert, het bestaan daarvan bewijzen ('actori incumbit probatio')