Ik kocht een videofooninstallatie via een webshop in Nederland.
Na de installatie ervan bleek het toestel gebreken te vertonen. Dat waren gebreken zoals spraak ging wel vanaf binnenpost maar niet vanaf buitenpost, deurcontact deed het niet enz.
Ik nam 3x contact met de verkoper (het is immers onder garantie) via chat maar een oplossing kwam er niet. Dus stuur ik deze terug en ik hoor 2,5 maanden niets. Na aandringen krijg ik een bericht dat er niets aan het toestel is en ik 90 euro onderzoekskosten moet betalen.
Dat weiger ik natuurlijk. Ik ben zelf elektrotechnisch installateur en samen geen oplossing vinden is bewijs genoeg, dacht ik.
Die zaak komt na ecc uiteindelijk voor de rechtbank. En daar blijkt dat de bewijslast bij de koper ligt, en dat niet kon aangetoond worden dat er een gebrek is.
En gezien een derde dit niet onderzocht heeft is het verzoek tot terugbetaling agfgewezen. Het feit dat ik deskundige ben doet niet terzake.
ECC schreef eerder dat de bewijslast bij de verkoper ligt en dat de verkoper geen oplossing kon bieden.
Nu stel ik me de vraag of ik verder nog iets kan doen, eventueel met een verslag dat ik opvraag van de derde die na een vaststelling van de gebreken weer naar huis gegaan is. Of gaat een nieuwe vordering niet meer ? Of kan men zich ergens anders op beroepen ?
De vordering was via europese uitwisseling.
Het product opeisen met betaling zie ik niet zitten, gezien de naverkoop nihil is, er geen service is door de fabrikant en ik waarschijnlijk weer met dezelfde problemen ga zitten, of het moet gemaakt zijn tijdens die 2,5 maanden en dan heb ik betaald voor niets.