15 MEI 2007. - Wet betreffende de bestraffing van namaak en piraterij van intellectuele eigendomsrechten
Art. 8. § 1. Wordt gestraft met een gevangenisstraf van drie maanden tot drie jaar en een geldboete van 100 tot 100.000 euro of met één van deze straffen alleen, hij die, in het economisch verkeer, met kwaadwillig of bedrieglijk opzet inbreuk maakt op de rechten van de houder van een product- of dienstmerk, van een uitvindingsoctrooi, van een aanvullend beschermingscertificaat, van een kwekersrecht, of van een tekening of model, zoals deze rechten bepaald worden door :
1) inzake merken
a) artikel 2.20, eerste lid, a., b. en c., van het Benelux-Verdrag inzake intellectuele eigendom van 25 februari 2005 goedgekeurd bij de wet van 22 maart 2006;
b) artikel 9 van de Verordening (EG) nr. 40/94 van 20 december 1993 van de Raad van de Europese Gemeenschappen inzake het Gemeenschapmerk;
........
Bij klacht zal het aan de verkoper (én de koper) zijn om te bewijzen dat er geen kwaadwillig of bedrieglijk opzet voorhanden was.