#9 , 19 dec 2012 08:29
“Artikel 31. Bezoldigingen van werknemers zijn alle beloningen die voor de werknemer de opbrengst zijn van arbeid in dienst van een werkgever. Daartoe behoren inzonderheid :...2° voordelen van alle aard verkregen uit hoofde of naar aanleiding van het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid...”(10 april 1992 Wetboek Inkomstenbelastingen).
“Art.18.§ 1. De anders dan in geld verkregen voordelen van alle aard en vermeld in de §§ 2 en 3, worden forfaitair geraamd volgens de in die paragrafen bepaalde regels.§ 2. Voor de voordelen waarvan de waarde wordt vastgesteld door een sociale of economische reglementering, is de in aanmerking te nemen waarde gelijk aan de door die reglementering vastgestelde waarde.§ 3. Bij gebrek aan een dergelijke sociale of economische reglementering, wordt met betrekking tot de hierna vermelde voordelen de in aanmerking te nemen waarde als volgt forfaitair vastgesteld:...9.Persoonlijk gebruik van een kosteloos ter beschikking gesteld voertuig...“(KB/WIB 92 aj. 2013)
‘Art. 18, § 3, punt 2, tweede lid, b, punt 4 en 9, is van toepassing op de vanaf 01.01.2012 toegekende voordelen (art. 1 tot 3, KB 23.02.2012 - BS 28.02.2012) Hierin wordt voornoemd punt 9 opgeheven.
Uit die opheffing leid ik af dat van toepassing wordt : ‘.§ 2. Voor de voordelen waarvan de waarde wordt vastgesteld door een sociale of economische reglementering‘.Die reglementering is mij niet bekend.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/